Zonder druk op de schouders, zonder de vergelijking te moeten doorstaan met Martin, leerde Philip de stiel en sloot zonder brokken te maken een eerste full seizoen af in de Productie-racerij. Eén jaar later zat hij al achter het stuur van een Ford Sierra Cosworth van het Limburgse Innara-team en behaalde hij op Circuit Zolder een eerste algemene overwinning. Na een tweede zit bij Innara stapte hij over naar het team van Semoulin (met Boule d’Or) en daarop zag hij zich voor het eerste jaar van de Belgian Procar, samen met Eric Bachelart, ingelijfd bij de formatie van de Belgian Audi Club voor het besturen van de Belga Audi V8 Quattro.
Op 9 mei, precies twintig jaar geleden verloor Philip Verellen, die in de jaren negentig een hele periode voorzitter was van Autoclub Excelsior, een race die hij nooit zou kunnen winnen. Philip, toen net geen 40 jaar, overleed na een lange strijd tegen botkanker.
Eén jaar eerder had hij in Francorchamps aan de zijde van Bert Longin in de GLPK Viper
nog de Belcar-race gewonnen. Het zou zijn laatste succes worden in de autosport, want de ziekte had zich toen al gemanifesteerd en weerhield hem ervan nadien nog plaats te nemen achter het stuur van een race-bolide.
Philip was één van de 3000 kandidaten die droomden van de Belga-Toyota Supra. Vincent Bertinchamps won het zitje, Philip eindigde nipt tweede. Bertinchamps kwam aldus uit in dezelfde auto als Jean-Michel Martin en zou nooit de vergelijking kunnen doorstaan met zijn meer ervaren teammaat. Na het missen van de Supra bleef Philip stuurloos, maar voor Autokrant deed hij “sporttests” van de… Belga Supra, de BRPC BMW van Van de Poele, de Mitsubishi Starion van Bernard Carlier, de Monroe-VW Polo van Thierry Van Dalen of de Corolla’s van het duo
Joe Aerts-Marc Dries.
Met de organisatie van een tweede Belga Stuurwiel in ’86 kreeg Philip een nieuwe kans en kwam aldus goed voorbereid aan de start van de finale. Op de piste bleek hij steeds de snelste, en het heette geluk dat in de enigzins communautair geladen deliberatie Excelsior-mannen zoals Dirk Vermeersch, Mike Van Hooydonk of Raymond Van Hove het laatste woord hadden. Er werd daar in de jury immers veel gewikt en gewogen en uiteindelijk mocht Philip de sleutels in handen nemen van de Juma Belga BMW 325i. De winnaar van de ‘Volant’ zou immers de baan opgaan in een kleine 325i, terwijl binnen de rangen van hetzelfde Belga Juma BMW-team kopman Martin werd uitgestuurd in de potentere 535i.
Uiteraard verscheen Philip vaak aan de start van de 24 Uren van Francorchamps. Het begon met de VW Golf GTi die hij in ’86, het jaar van het debuut in de Belga BMW, deelde met Ménage en de later in Chimay omgekomen Guy Nève. Daarop volgden de BMW 635 CSi CiBiEmme – 8ste samen met Duez en Van Hove -, de Fina RAS Sport Toyota Supra in ’88, de Semoulin ‘km van hart’ Sierra in ‘89 en de Paduwa Porsche JVC die hij in ’92 samen met Thierry Van Dalen en George Cremer naar een 4de plaats stuurde, zowaar zijn beste score in de Belgische etmaalrace.
In het verhaal van de toch wel Franstalige Procar paste Vlaming en Antwerpenaar mooi in het plaatje: Philip had ‘speed’, was tweetalig en à la Pierre Dieudonné journalist én rijder. Eén jaar later werd hij in de Belga Audi Belgisch kampioen en dat zorgde voor enorm veel return in de (Vlaamse) kranten en zelfs BRTN (nu VRT) haalde het grote geschut boven om hem in prime time op antenne te brengen.
In Memoriam Philip Verellen (1962-2002)
Latest News
9 mei 2022
Lidmaatschap 2022
U vindt alle info rond aansluiting of vernieuwing van uw lidmaatschap voor 2022 hier
Als Antwerpenaar én autosportfan sprak het voor zich dat Philip deel uitmaakte van de rangen vande Nationale Autoclub Excelsior. Het was evenwel via het ook al Antwerpse, wekelijkse Autokrant dat hij in het automilieu een beetje naam verwierf. Niet als piloot, want gebrek aan centen/budgetten weerhielden hem ervan om zelf te gaan racen. Bij het weekblad van Guido Rijmenans mocht hij tests doen van gewone auto’s, maar zeer vlug vond hij de weg naar Circuit Zolder om er test te rijden met auto’s die het mooie weer maakten in de Belgische omloopracerij en zijn wedervaren hiervan weer te geven in één van de vele testverslagen in Autokrant. Zo verkreeg hij naam in de Belgische autosportmiddens en deed hij kennis op achter het stuur van échte race-auto’s. Een ervaring die hem van pas zou komen tijdens de eerste uitgave van het Belga Stuurwiel.
Na een derde seizoen met de Audi V8 Quattro opteerde Belga in ’93 voor de inzet van twee Carina’s voor Verellen-Verreydt in de nieuwe FIA Klasse 2, het latere Supertoerisme. Met de keuze voor Toyota dacht Philip op langere termijn, want de Carina werd ontwikkeld door Tom’s GB en Philip hoopte via die weg te kunnen timmeren aan een meer internationaal getinte carrière.
In eerste instantie werd Philip weliswaar opnieuw Belgisch kampioen, maar tijdens de Procar-meetings streden hij en het Belga Team slechts voor een klasseoverwinning. Hoewel de FIA Klasse 2 aanvankelijk voor de ‘général’ ging knokken – en Belga motiveerde om met Toyota in zee te gaan -, bleef voor de algemene overwinningen uiteindelijk die eer gaan naar de ‘oude’ BMW M3 en de Audi V8. Hierdoor gingen de bewuste Belga Carina’s, de Peugeot 405 van Bachelart en de SEAT Toledo’s van Van Dalen-Winderickx slechts voor de klasse. Datzelfde jaar beleefde Philip zijn eerste kennismaking met de 24 Uren van Le Mans, als teammaat van Bachelart en Duez in een Venturi.
Eén jaar later werd in de Procar voluit gekozen voor de FIA Klasse 2, maar niet geholpen door de opgelopen kater, verruilde men bij Belga het circuit voor rally’s à la Boucles en Ieper met de ex-TTE Celica’s en kwamen de Belga Carina’s nog slechts aan de start in de 24 Uren van Francorchamps. Voor de Procar-sprints zat Philip (opnieuw) bij Semoulin, maar de Carina werd niet meer ontwikkeld en Philip was ondertussen uitgeweken naar de Britse Rover Cup. Bij de Belgian Audi Club daarentegen volgde in de Procar de 80 Quattro en later, met steun van Audi Sport, de A4 Quattro. Na de Carina waren er in Supertoerisme nog zitjes bij Peugeot Kronos (met o.a. de 806 in de 24 Uren), BMW G&A of BMW M3 Juma en Honda Accord Piper in de 24 Uren van Spa. Met RTM trokken hij en Rudi Penders in 2000 naar de 24 Uren van Le Mans en in 2001 stapte hij over naar GLPK om in Belcar een Viper te delen met Bert Longin. Het zou zijn laatste wapenfeit zijn.
We zullen Philip blijven herinneren als een gentleman, zowel in het leven als op de piste.
Vergeten doen we hem nooit!
Nationale Autoclub Excelsior 2022 - Beperking van aansprakelijkheid